Betekenis van:
onontbeerlijk

onontbeerlijk
Bijvoeglijk naamwoord
  • onontbeerlijk; onmisbaar; absoluut nodig
"een goede uitrusting is onontbeerlijk"
"medewerking van bedrijfsleven is hierbij onontbeerlijk"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Ook samenwerking met de lidstaten is onontbeerlijk.
  2. De aanloopsteun moet onontbeerlijk zijn voor de ontwikkeling van de luchthaven in kwestie.
  3. Deze intensieve opleidingssoorten zijn nuttig voor werknemers, maar niet onontbeerlijk voor het bedrijf.
  4. De combinatie is onontbeerlijk wanneer anesthesie met ketaminecombinaties te kort duurt.
  5. Aanvullende vorderingen op het gebied van de mensenrechten en de rechtsstaat zijn derhalve onontbeerlijk.
  6. De informatie in deze mededelingen is weliswaar nuttig, maar niet onontbeerlijk voor het marktbeheer.
  7. wanneer zij niet onontbeerlijk zijn voor het verrichten van de vrijgestelde handelingen;
  8. Met name met het oog op [...]* en de [...]* liquiditeitspositie van BGB is een bovengemiddeld eigen vermogen onontbeerlijk om [...]*.
  9. Deze zijn onontbeerlijk om de inzetbaarheid te vergroten en te zorgen voor snelle re-integratie op de arbeidsmarkt.
  10. Ruimtevaarttoepassingen brengen door de effecten van technologische spin-offs de burgers grote voordelen en zijn in de technologische samenleving onontbeerlijk.
  11. Indien een dergelijk effect uitblijft, heeft de steun geen stimulerend effect en zou hij niet onontbeerlijk zijn.
  12. De EFSA heeft aangegeven dat de resultaten van een verscherpte bewaking van TSE’s bij geiten hiervoor onontbeerlijk zijn.
  13. De Commissie erkent derhalve dat deze investeringen onontbeerlijk waren om de levensvatbaarheid zonder ongerechtvaardigde vervalsing van de mededinging te herstellen.
  14. Om dit te rechtvaardigen moet worden aangetoond dat de verleende steun „onontbeerlijk” is om de projecten uit te voeren.
  15. De EFSA heeft aangegeven dat de resultaten van een verscherpte bewaking van TSE’s bij geiten hiervoor onontbeerlijk zijn.