Betekenis van:
onwrikbaar

onwrikbaar
Bijvoeglijk naamwoord
  • niet van zijn stuk te krijgen
"Zijn overtuiging is er alleen maar onwrikbaarder op geworden."
onwrikbaar
Bijvoeglijk naamwoord
  • vast, onwrikbaar
"een onwrikbaar standpunt"
"een onwrikbaar vertrouwen"

Synoniemen

Hyperoniemen

onwrikbaar
Bijvoeglijk naamwoord
  • onwrikbaar

Synoniemen

Hyperoniemen