Betekenis van:
opslokken

opslokken
Werkwoord
  • opvreten; gulzig doorslikken; opslokken
"je boterhammen opslokken"
"een kleiner bedrijf opslokken"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Ten aanzien van de lage winstmarges in de districten 3 en 4 werd opgemerkt dat een belastingverhoging tot het volle tarief een aanzienlijk deel van de momenteel behaalde bedrijfswinsten zou opslokken.