Betekenis van:
project

project (het ~ | meervoud projecten)
Zelfstandig naamwoord
  • zaak die men denkt uit te voeren of te onderzoeken in een instelling enz.
"aan een project meedoen/werken"
"een project uitvoeren"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

project (het ~ | meervoud projecten)
Zelfstandig naamwoord
  • ontwerp voor een bouwwerk
"Het project bestaat uit vijf flats die in verschillende fasen worden gebouwd."

Hyperoniemen

Hyponiemen

project
Zelfstandig naamwoord
  • een zaak die men denkt uit te voeren of te onderzoeken
"Het woordenboek is een project om alle woorden uit alle talen te bundelen in één woordenboek."
project (het ~ | meervoud projecten)
Zelfstandig naamwoord
  • onderwerp voor een werkstuk

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Ik ben tegen dit project.
  2. Het is een ambitieus project.
  3. Ze leidde de planning van het project.
  4. Na alle moeite die we ervoor gedaan hebben om dat project op poten te zetten, kostte het ze maar een seconde het onderuit te halen bij de bijeenkomst.
  5. Het blijkt dat dit een zeer gunstige factor is voor ons project, dat juist als doel heeft in samenwerking een netwerk te scheppen van vertalingen in zoveel mogelijk talen.
  6. Project BA609
  7. Algemeen project
  8. Project 2:
  9. Project 3:
  10. GROOT PROJECT
  11. Project: Achtergrondnota’s
  12. Project 1:
  13. Sleutelklaar project
  14. Het project
  15. Project voltooid.