Betekenis van:
rauw

rauw
Bijvoeglijk naamwoord
  • zonder franje
"rauw op je dak vallen"
"rauwe humor"

Hyperoniemen

rauw
Bijvoeglijk naamwoord
  • ongekookt en vers
"Een stamppot met rauwe andijvie."
rauw
Bijvoeglijk naamwoord
  • niet gehinderd door beschaafde terughoudendheid
"Dat zijn een stel rauwe klanten."
rauw
Bijvoeglijk naamwoord
  • schor; hees; hard en schor
"een rauw(e) stem/geluid/stemgeluid"
"een rauwe keel"

Synoniemen

rauw
Bijvoeglijk naamwoord
  • ongekookt; bot
"rauwe groente/biefstuk/vis/eieren"
"stamppot van rauwe andijvie"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Het is mogelijk groene bonen rauw te eten.
  2. Rauw voeder voor gezelschapsdieren
  3. visserijproducten bestemd om rauw of vrijwel rauw te worden verbruikt;
  4. Rauw voeder voor gezelschapsdieren. Voor directe consumptie
  5. rauw voeder voor gezelschapsdieren en niet-verwerkte voedermiddelen met delen van pluimvee, en
  6. rauw voeder voor gezelschapsdieren en niet-verwerkte voedermiddelen met delen van pluimvee;
  7. filets, rauw, enkel omgeven door beslag of door paneermeel (gepaneerd), ook indien in olie voorgebakken, bevroren
  8. rauw voeder voor gezelschapsdieren en niet-verwerkte voedermiddelen met delen van deze soorten;
  9. rauw voeder voor gezelschapsdieren en niet-verwerkte voedermiddelen met delen van vrij vederwild, en
  10. rauw voeder voor gezelschapsdieren en niet-verwerkte voedermiddelen met delen van vrij vederwild;
  11. rauw voeder voor gezelschapsdieren en niet-verwerkte voedermiddelen met delen van deze soorten,
  12. rauw voeder voor gezelschapsdieren en niet-verwerkte voedermiddelen met delen van vrij vederwild;
  13. rauw voeder voor gezelschapsdieren en niet-verwerkte voedermiddelen met delen van vrij vederwild, en
  14. rauw voeder voor gezelschapsdieren en niet-verwerkte voedermiddelen met delen van pluimvee, loopvogels en gekweekt en vrij vederwild.
  15. rauw voeder voor gezelschapsdieren en niet-verwerkte voedermiddelen met delen van de in punt a) bedoelde soorten;