Betekenis van:
romanschrijver

romanschrijver
Zelfstandig naamwoord
  • een mannelijke persoon die romans schrijft
"De Noorse romanschrijver Jonas Lie, die sinds jaren te Parijs woont, zal daar op 6 November 1903 zijn 70ste verjaardag vieren."
romanschrijver (de ~ | meervoud romanschrijvers)
Zelfstandig naamwoord
  • iemand die romans schrijft; iemand die romans schrijft

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Naast een dokter, was hij ook een erg beroemde romanschrijver.
  2. We hebben een romanschrijver en een poëet uitgenodigd voor het feest.