Betekenis van:
snack

snack (de ~ | meervoud snacks)
Zelfstandig naamwoord
  • tussendoortje
"een snack halen/eten"

Hyperoniemen

Hyponiemen

snack
Zelfstandig naamwoord
  • een hartig hapje of tussendoortje
"Ik heb geen zin om te gaan koken, dus we gaan vandaag dan maar snacks eten."