Betekenis van:
sneeuwpop

sneeuwpop (de ~ | meervoud sneeuwpoppen)
Zelfstandig naamwoord
  • van sneeuwballen gemaakte pop; van sneeuwballen gemaakte pop
"een sneeuwpop maken"

Synoniemen

Hyperoniemen

sneeuwpop
Zelfstandig naamwoord
  • een pop die gemaakt is van sneeuw
"De kinderen besloten een sneeuwpop te gaan maken."

Voorbeeldzinnen

  1. Wie heeft de sneeuwpop gemaakt?
  2. Als het morgen sneeuwt, maak ik een sneeuwpop.
  3. Als het morgen sneeuwt, maak ik een sneeuwpop.