Betekenis van:
spoed

spoed
Zelfstandig naamwoord
  • de noodzaak tot het maken van haast
"Daar is spoed bij."
spoed
Zelfstandig naamwoord
  • de afstand tussen twee punten van een schroefdraad die verschillen door één omwenteling
"Deze schroef heeft niet de juiste spoed en past dus niet."
spoed
Zelfstandig naamwoord
  • de afdeling in een ziekenhuis waar spoedeisende patiënten behandeld worden
"Hij werd onmiddellijk naar de spoed gebracht."
spoed (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • drang om iets snel te doen; snelheid van handelen
"spoed maken/betrachten"
"er spoed achter zetten"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Haastige spoed is zelden goed.
  2. Haast je langzaam", "Haastige spoed is zelden goed
  3. Deze verordening dient derhalve met spoed in werking te treden.
  4. .2 schroeftoerental en spoed in geval van verstelbare schroeven;
  5. Indicatoren voor laterale stuwkracht, spoed en modus Reg.
  6. Het bestuur houdt rekening met de vereiste spoed.
  7. .2 schroeftoerental en spoed in geval van verstelbare schroeven.
  8. .8.2 het schroeftoerental en spoed in geval van verstelbare schroeven;
  9. Het speciaal comité beraadslaagt, en houdt daarbij rekening met de vereiste spoed.
  10. Daarom moet deze verordening met spoed in werking treden en vanaf die datum van toepassing zijn,
  11. er is, niet door toedoen van het Centrum, reden voor spoed;
  12. schroeven met regelbare spoed en naafsamenstellingen voor een vermogen van meer dan 30 MW;
  13. schroeven met regelbare spoed en naafsamenstellingen voor een vermogen van meer dan 30 MW;
  14. De ter rechtvaardiging van de dwingende spoed ingeroepen omstandigheden mogen in geen geval aan de aanbestedende diensten te wijten zijn;
  15. Ministerraad en parlement moeten met voldoende regelmaat bijeenkomen om overheidsaangelegenheden met de nodige spoed te kunnen afhandelen.