Betekenis van:
televisieprogramma

televisieprogramma (het ~ | meervoud televisieprogramma's)
Zelfstandig naamwoord
  • televisie-uitzending over een onderwerp; programma dat op de tv wordt uitgezonden; uitzending op televisie
"televisieprogramma uitzenden"
"een televisieprogramma van de VPRO"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Welk is uw favoriete televisieprogramma?
  2. Voor commerciële zendergroepen, voorzover deze meer dan één televisieprogramma analoog terrestrisch uitzenden, voorziet het statuut niet in toewijzing van individuele programmaslots maar van hele multiplexen.
  3. Indien een bevoegde omroeporganisatie de zendrechten voor een aangewezen evenement (overeenkomstig deze afdeling of rechtstreeks) verwerft, zendt zij dit door middel van een kosteloos televisieprogramma uit, dat vrijwel overal te ontvangen is in overeenstemming met de beschikking krachtens afdeling 2.
  4. Wanneer een televisie-omroeporganisatie exclusieve uitzendrechten voor een in krachtens § 4 uitgevaardigd besluit genoemd evenement verworven heeft, maakt zij het mogelijk dat dit evenement door middel van een in Oostenrijk vrij toegankelijk televisieprogramma door ten minste 70 % van de betalers van de omroepbijdrage of kijkers die van deze bijdrage vrijgesteld zijn, op de in het besluit vastgelegde wijze gevolgd kan worden (via rechtstreekse of uitgestelde, volledige of gedeeltelijke verslaggeving).