Betekenis van:
vertier

vertier (het ~)
Zelfstandig naamwoord
  • vermaak; dingen die je voor het plezier doet
"vertier hebben"
"vertier bieden/zoeken"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Bioscope daarentegen zou door de bezoekers vooral moeten worden beschouwd als een plaats van ontspanning en vertier, waar zij bovendien op een ongedwongen manier en in een tempo dat ze zelf zouden kunnen bepalen, iets kunnen opsteken.