Betekenis van:
woordelijk

woordelijk
Bijvoeglijk naamwoord
  • exact; woord voor woord
"iemand/iets woordelijk verstaan"
"iets woordelijk weergeven/vertalen"

Synoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. De verstrekte informatie hoeft geen woordelijk afschrift van de registers van het bedrijf van herkomst te zijn.
  2. Een deel van de tijd is besteed aan het onderzoek naar de regeling inzake vrijgestelde vennootschappen die, volgens de regering van Gibraltar, bijna „woordelijk” als voorbeeld heeft gediend voor de regeling inzake gekwalificeerde vennootschappen.