Betekenis van:
zakenman
zakenman (de ~ | meervoud zakenmannen, zakenlui/-lieden)
Zelfstandig naamwoord
- handelaar
"een delegatie van Duitse zakenmannen"
Hyperoniemen
Hyponiemen
zakenman
Zelfstandig naamwoord
- iemand die met zakendoen zijn brood verdient
"Hij is een gewiekst zakenman."
Voorbeeldzinnen
- De kans op succes is groter als de zakenman van wanten weet en ook als hij meer geld tot zijn beschikking heeft.
- Maung Bo Zakenman
- Zoon van luitenant-generaal Maung Bo, zakenman
- Zakenman met nauwe banden met de regering van Zimbabwe.
- Zakenman, verbonden aan de CNDD, heeft de CNDD financieel gesteund
- Overige informatie: Zakenman, betrokken bij wapenleveringen aan Charles Taylor in 2003.
- Zakenman met nauwe banden met de regering van Zimbabwe, neef van Robert Mugabe.
- Overige informatie: zakenman, voormalig plaatsvervangend commissaris van het Bureau voor maritieme zaken.
- Zakenman, geboren 11.8.1940, paspoorten: Nederland (1285143, verlopen), Zimbabwe (Z01024064, Z153612), Suriname (367537C).
- Overige informatie: zakenman, handelaar in en transporteur van wapens en mineralen.
- Zoon van Aung Thaung, zakenman, directeur, Aung Yee Phyoe Co. Ltd
- Zoon van Aung Thaung, zakenman, directeur, Aung Yee Phyoe Co. Ltd en directeur IGE Co. Ltd
- Zakenman met nauwe banden met de regering van Zimbabwe, onder meer door steun te verlenen aan hoge functionarissen van het regime tijdens de interventie van Zimbabwe in de Democratische Republiek Congo (zie ook punt 26 in deel II).