Vertaling van Schuld

Inhoud:

Duits
Nederlands
Ausstand [m] (der ~), Schuld [v] (die ~) {zn.}
schuld 
Er ist selbst schuld.
Het was zijn eigen schuld.
Es ist nicht meine Schuld!
Het is niet mijn schuld!
Debet [o] (das ~), Soll [o] (das ~), Rückstand [m] (der ~), Schuld [v] (die ~), Lastschrift [v] (die ~) {zn.}
debetzijde [v]
debet [o]


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Er ist selbst schuld.

Het was zijn eigen schuld.

Es ist nicht meine Schuld!

Het is niet mijn schuld!

Das ist alles deine Schuld!

Dit is allemaal jouw fout.

Entschuldigung! Es ist alles meine Schuld.

Sorry. Het is allemaal mijn schuld.

Das ist nicht die Schuld von Jack.

Dat is niet de fout van Jack.

Es war nicht seine Schuld, denn er hat getan, was er konnte.

Het was zijn schuld niet, want hij deed zijn best.


Gerelateerd aan Schuld

Ausstand - Debet - Soll - Rückstand - Lastschrift