Vertaling van zusammenziehen

Inhoud:

Duits
Nederlands
zusammenziehen {ww.}
samentrekken
fronsen

ich werde zusammenziehen
du wirst zusammenziehen
er/sie/es wird zusammenziehen

ik zal samentrekken
jij zult samentrekken
hij/zij/het zal samentrekken
» meer vervoegingen van samentrekken

adstringieren, zusammenziehen {ww.}
adstringeren
samentrekken

ich werde zusammenziehen
du wirst zusammenziehen
er/sie/es wird zusammenziehen

ik zal samentrekken
jij zult samentrekken
hij/zij/het zal samentrekken
» meer vervoegingen van samentrekken



Gerelateerd aan zusammenziehen

adstringieren