Vertaling van hour

Inhoud:

Engels
Nederlands
hour, o'clock, time {zn.}
uur  [o]
It's one o'clock.
Het is een uur.
He slept an hour.
Hij sliep een uur.
hour, minute {zn.}
uur [o] (het ~)
Sixty minutes make an hour, and a minute is made up of sixty seconds.
Zestig minuten maken een uur, en een minuut bestaat uit zestig seconden.
An hour has sixty minutes.
Een uur heeft zestig minuten.
60 minutes, hour, hr {zn.}
uur [o] (het ~)
h
I will be back in an hour.
Ik ben over een uur terug.
I waited for her for one hour.
Ik heb een uur op haar gewacht.


Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

He slept an hour.

Hij sliep een uur.

An hour has sixty minutes.

Een uur heeft zestig minuten.

He kept me waiting for an hour.

Hij heeft mij een uur laten wachten.

He turned up half an hour late.

Hij kwam een half uur te laat opdagen.

She left the hospital an hour ago.

Ze heeft het ziekenhuis een uur geleden verlaten.

I will be back in an hour.

Ik ben over een uur terug.

I waited for her for one hour.

Ik heb een uur op haar gewacht.

It stopped snowing an hour ago.

Een uur geleden stopte het met sneeuwen.

The biggest problem of the hour is unemployment.

Het grootste probleem van het moment is werkloosheid.

I will come to you in an hour.

Over een uur kom ik bij je.

The Italians always sleep for an hour after lunch.

Italianen doen altijd een dutje gedurende een uur na de lunch.

One more hour and the turkey will be ready.

Nog één uur en de kalkoen is klaar.

The train was moving at 500 miles per hour.

De trein ging 500 mijl per uur.

You can rent a boat by the hour.

Je kan een boot per uur huren.

The train was going 500 miles per hour.

De trein ging 500 mijl per uur.


Gerelateerd aan hour

o'clock - time - minute - 60 minutes - hrunit - time unit - quarter