Vertaling van imprison

Inhoud:

Engels
Nederlands
to imprison, to gaol, to incarcerate {ww.}
opsluiten
gevangen zetten

I imprison
you imprison
we imprison

ik sluit op
jij sluit op
wij sluiten op
» meer vervoegingen van opsluiten

to imprison {ww.}
in de gevangenis stoppen
to gaol, to immure, to imprison, to incarcerate, to jail, to jug, to lag, to put away, to put behind bars, to remand {ww.}
vastzetten

I imprison
you imprison
we imprison

ik zet vast
jij zet vast
wij zetten vast
» meer vervoegingen van vastzetten

to gaol, to immure, to imprison, to incarcerate, to jail, to jug, to lag, to put away, to put behind bars, to remand {ww.}
kerkeren
gevangenzetten

I imprison
you imprison
we imprison

ik kerker
jij kerkert
wij kerkeren
» meer vervoegingen van kerkeren



Gerelateerd aan imprison

gaol - incarcerate - immure - jail - jug - lag - put away - put behind bars - remandlock