Vertaling van cambio

Inhoud:

Spaans
Nederlands
cambiar, variar {ww.}
variëren
werken 
afwisselen 

yo cambio
él/ella cambió

ik varieer
hij/zij/het varieerde
» meer vervoegingen van variëren

desnaturalizar, cambiar {ww.}
denatureren

yo cambio
él/ella cambió

ik denatureer
hij/zij/het denatureerde
» meer vervoegingen van denatureren

cambiar, mudar {ww.}
veranderen 
wisselen 
vermaken

yo cambio
él/ella cambió

ik verander
hij/zij/het veranderde
» meer vervoegingen van veranderen

¿Deberíamos cambiar la bandera?
Moeten we de vlag veranderen?
Quiero cambiar de vida.
Ik wil mijn leven veranderen.
curso [m] (el ~), cambío [m] (el ~), cotización [v] (la ~) {zn.}
koers
beursnotering [v]
prijsnotering [v]
notering [v]


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

¡Guarde el cambio!

Hou het wisselgeld!

¿Cuál es el tipo de cambio hoy?

Wat is de wisselkoers vandaag?

¿A cuánto está el cambio de moneda?

wat is de wisselkoers?

Le di tres libros de texto a cambio de su ayuda.

Ik gaf hem drie boeken in ruil voor z'n hulp.


Gerelateerd aan cambio

cambiar - variar - desnaturalizar - mudar - curso - cambío - cotización