Vertaling van d'abord

Inhoud:

Frans
Nederlands
d'abord {bw.}
aanvankelijk 
au commencement, d'abord, en premier lieu {bw.}
eerst 
allereerst
ten eerste
vooreerst
aussitôt, immédiatement, sitôt, tout de suite, d'abord {bw.}
aanstonds 
dadelijk
meteen
op staande voet
schielijk
subiet
zo 
onmiddellijk
certes, si, d'abord {bw.}
immers
toch 
wel
zeker 
ook


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Les femmes et les enfants d'abord !

Vrouwen en kinderen eerst!

Nous allons tout d'abord établir la cause du désastre.

We zullen eerst de oorzaak van de ramp vaststellen.


Gerelateerd aan d'abord

au commencement - en premier lieu - aussitôt - immédiatement - sitôt - tout de suite - certes - si