Vertaling van force

Inhoud:

Frans
Nederlands
force [v] (la ~), puissance [v] (la ~) {zn.}
sterkte
force [v] (la ~) {zn.}
kracht 
sterkte
macht
Que la force soit avec toi.
Moge de kracht met je zijn.
forcer {ww.}
murw maken
forcer {ww.}
in kassen kweken
accélerer, hâter, presser, précipiter, forcer, faire progresser, favoriser, encourager {ww.}
bevorderen
aanmoedigen
versnellen
verhaasten
bespoedigen
accelereren
bijdragen
stimuleren

je force
il/elle force

ik bevorder
hij/zij/het bevordert
» meer vervoegingen van bevorderen



Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Que la force soit avec toi.

Moge de kracht met je zijn.

La gravité est la force naturelle par laquelle les objets sont attirés entre eux.

Zwaartekracht is een natuurkracht, waardoor dingen elkaar aantrekken.