Vertaling van tache

Inhoud:

Frans
Nederlands
tache [v] (la ~) {zn.}
smet
vlek
plek 
mop
moet
klak
klad
devoir [m] (le ~), tâche [v] (la ~) {zn.}
taak [v]
opgave [v]
opdracht
opgaaf [v]
klus [m]
karwei
C'est une tâche chronophage.
Dit is een heel tijdrovende taak.
C'est une tâche trop facile pour lui.
Het is een te gemakkelijke opgave voor hem.


Gerelateerd aan tache

devoir - tâche