Vertaling van aangeven

Inhoud:

Nederlands
Deens
aangeven, betuigen, declareren, verklaren {ww.}
erklære
aanbrengen, aangeven, klikken, verklikken {ww.}
forråde
angive
aanduiden, aangeven, aanwijzen, uitduiden, wijzen {ww.}
angive
geven, aangeven, opbrengen, toebrengen, toekennen, verlenen {ww.}
give