Vertaling van bewijzen
Inhoud:
Nederlands
Deens
aantonen, adstrueren, bewijzen, staven, uitwijzen, waarmaken {ww.}
bevise
adstructie , bewijs (mv. bewijzen) , teken {zn.}
bevis
bewijs (mv. bewijzen) , blijk , teken , merkteken , wenk {zn.}
tegn