Vertaling van bezitting

Inhoud:

Nederlands
Deens
boerderij [v], goed [o], landgoed [o], bezitting [v] {zn.}
gård
bondegård
bezit [o], bezitting [v], eigendom [o], goed, vermogen {zn.}
ejendom


Gerelateerd aan bezitting

boerderij - goed - landgoed - bezit - eigendom - vermogen