Vertaling van kloppen

Inhoud:

Nederlands
Deens
instemmen, accorderen, bijvallen, schragen, aansluiten, onderschrijven, ondersteunen, het eens zijn, overeenstemmen, samengaan, stroken, bijeenpassen, rijmen, kloppen {ww.}
stemme overens
houwen, klappen, kloppen, slaan, meppen {ww.}
slå
klappen, kloppen, slaan, opvallen {ww.}
banke
fiatteren, goedvinden, sanctioneren, goedkeuren, het eens zijn, overeenstemmen, samengaan, accorderen, stroken, bijeenpassen, rijmen, kloppen {ww.}
stemme overens
overeenstemmen, het eens zijn, samengaan, accorderen, stroken, bijeenpassen, rijmen, kloppen {ww.}
stemme overens