Vertaling van ooit
Inhoud:
Nederlands
Deens
eenmaal, eens, ooit, weleens {bw.}
nogensinde
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Deens
Ze hadden elkaar ooit geholpen.
De havde engang hjulpet hinanden.
Heeft jouw hond je ooit gebeten?
Har din hund nogensinde bidt dig?
Jij bent de mooiste vrouw die ik ooit gezien heb.
Du er den smukkeste kvinde jeg nogensinde har set.
Dit is het mooiste geschenk dat ik ooit gekregen heb.
Dette er den mest vidunderlige gave jeg nogensinde har fået.