Vertaling van slag

Inhoud:

Nederlands
Deens
slag [m], val, valstrik {zn.}
fælde
gevecht, kamp, slag [m], strijd, treffen, veldslag {zn.}
træfning
slag [o]
slagsmål [o]
kamp
flap [m], houw, klap, mep, slag [m] {zn.}
slag [o]
beweging [v], slag [m], zet {zn.}
bevægelse
Open nooit de deur van een voertuig in beweging.
Åbn aldrig døren på en bil der er i bevægelse.
draai [m], wending [v], zwenking [v], gier, keer, slag [m], zwaai, zwenk {zn.}
vending
aard [m], slag [o], soort {zn.}
slags
art


Gerelateerd aan slag

val - valstrik - gevecht - kamp - strijd - treffen - veldslag - flap - houw - klap - mep - beweging - zet - draai - wending