Vertaling van geduld
aushalten
ausstehen
ik heb geduld
jij hebt geduld
hij/zij/het heeft geduld
ich habe ertragen
du hast ertragen
er/sie/es hat ertragen
» meer vervoegingen van ertragen
ik heb geduld
jij hebt geduld
hij/zij/het heeft geduld
ich habe geduldet
du hast geduldet
er/sie/es hat geduldet
» meer vervoegingen van dulden
Voorbeelden in zinsverband
Mijn geduld raakt op.
Meine Geduld ist aufgebraucht.
Bedankt voor je geduld.
Danke für Ihre Geduld.
Geduld is een schone zaak.
Geduld ist eine Tugend.
Tracht geduld op te brengen met anderen.
Versuche, gegenüber anderen geduldig zu sein.
Hij was het geduld in persoon.
Er war die personifizierte Geduld.
Je hebt zo weinig geduld met me.
Du bist so ungeduldig mit mir.
Met een beetje meer geduld zou je deze puzzel opgelost kunnen hebben.
Mit etwas mehr Geduld hättest du das Puzzle lösen können.