Vertaling van opscheppen

Inhoud:

Nederlands
Duits
scheppen, opscheppen {ww.}
schaufeln

ik zal opscheppen
jij zult opscheppen
hij/zij/het zal opscheppen

ich werde schaufeln
du wirst schaufeln
er/sie/es wird schaufeln
» meer vervoegingen van schaufeln

bluffen, opscheppen, pochen, snoeven, snorken, stoffen, zwetsen {ww.}
sich brüsten
angeben
prahlen
aufschneiden
ausposaunen

ik zal opscheppen
jij zult opscheppen
hij/zij/het zal opscheppen

ich werde angeben
du wirst angeben
er/sie/es wird angeben
» meer vervoegingen van angeben



Gerelateerd aan opscheppen

scheppen - bluffen - pochen - snoeven - snorken - stoffen - zwetsen