Vertaling van uitkomen

Inhoud:

Nederlands
Duits
uitkomen {ww.}
herauskommen
hinauskommen
auskommen

ik zal uitkomen
jij zult uitkomen
hij/zij/het zal uitkomen

ich werde herauskommen
du wirst herauskommen
er/sie/es wird herauskommen
» meer vervoegingen van herauskommen

opdagen, opdraven, te voorschijn komen, uitkomen, verschijnen {ww.}
erscheinen
als ... dastehen
ans Licht kommen
an den Tag kommen
zutage treten
auftauchen
sich zeigen
zum Vorschein kommen

ik zal uitkomen
jij zult uitkomen
hij/zij/het zal uitkomen

ich werde erscheinen
du wirst erscheinen
er/sie/es wird erscheinen
» meer vervoegingen van erscheinen

Er zijn mensen in de wereld die zo'n honger hebben, dat God alleen in de vorm van brood aan hen kan verschijnen.
Es gibt Leute auf der Welt, die so hungrig sind, dass Gott ihnen nicht erscheinen kann, außer in Form von Brot.
uitgaan, uitkomen, uitlopen, uitstappen, uitstijgen, uittreden {ww.}
ausgehen
hinausgehen
ausrücken

ik zal uitkomen
jij zult uitkomen
hij/zij/het zal uitkomen

ich werde ausgehen
du wirst ausgehen
er/sie/es wird ausgehen
» meer vervoegingen van ausgehen

Ik kan niet uitgaan omdat ik een week geleden gewond raakte in een ongeval.
Ich kann nicht ausgehen, weil ich vor einer Woche bei einem Unfall verletzt wurde.
gelegen komen, passen, schikken, uitkomen, voegen, betamen {ww.}
geziemen
fügen
ziemen
behagen

ik zal uitkomen
jij zult uitkomen
hij/zij/het zal uitkomen

ich werde geziemen
du wirst geziemen
er/sie/es wird geziemen
» meer vervoegingen van geziemen

naar buiten komen, optreden, stelling nemen, uitkomen {ww.}
ausschreiten

ik zal uitkomen
jij zult uitkomen
hij/zij/het zal uitkomen

ich werde ausschreiten
du wirst ausschreiten
er/sie/es wird ausschreiten
» meer vervoegingen van ausschreiten

resulteren, uitkomen, volgen, voortkomen, voortspruiten, voortvloeien {ww.}
resultieren

ik zal uitkomen
jij zult uitkomen
hij/zij/het zal uitkomen

ich werde resultieren
du wirst resultieren
er/sie/es wird resultieren
» meer vervoegingen van resultieren