Vertaling van veiligheid

Inhoud:

Nederlands
Duits
veiligheid [v] {zn.}
Sicherheit [v] (die ~)
Gefahrlosigkeit
Ik ben bezorgd om haar veiligheid.
Ich sorge mich um ihre Sicherheit.
Ze wond zich op over de veiligheid van haar zoon.
Sie regte sich über die Sicherheit ihres Sohnes auf.
veiligheid [v], zekerheid [v] {zn.}
Sicherheit [v] (die ~)
Een buschauffeur is verantwoordelijk voor de veiligheid van zijn passagiers.
Ein Busfahrer ist für die Sicherheit der Insassen verantwortlich.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Ik ben bezorgd om haar veiligheid.

Ich sorge mich um ihre Sicherheit.

Ze wond zich op over de veiligheid van haar zoon.

Sie regte sich über die Sicherheit ihres Sohnes auf.

Een buschauffeur is verantwoordelijk voor de veiligheid van zijn passagiers.

Ein Busfahrer ist für die Sicherheit der Insassen verantwortlich.


Gerelateerd aan veiligheid

synoniemen

zekerheid