Vertaling van afgezonderd

Inhoud:

Nederlands
Engels
afgezonderd, afzonderlijk, bijzonder, los, apart, separaat, los van elkaar {bn.}
apart 
particular 
separate 
special 
distinct 
distinctive 
own 
aloof
afgezonderd {bn.}
cut off
severed
afzonderen, isoleren {ww.}
to isolate 
to seclude
to insulate 

ik heb afgezonderd
jij hebt afgezonderd
hij/zij/het heeft afgezonderd

I have isolated
you have isolated
he/she/it has isolated
» meer vervoegingen van to isolate

afzonderen, scheiden, afscheiden, schiften {ww.}
to separate 
to split 
to segregate
to divide 

ik heb afgezonderd
jij hebt afgezonderd
hij/zij/het heeft afgezonderd

I have split
you have split
he/she/it has split
» meer vervoegingen van to split

Kan je fantasie en realiteit niet van elkaar scheiden?
Can't you separate fantasy and reality from each other?
afzonderen, opsluiten, retireren, terugtrekken {ww.}
to withdraw
to sequester
to sequestrate
to seclude

ik heb afgezonderd
jij hebt afgezonderd
hij/zij/het heeft afgezonderd

I have withdrawn
you have withdrawn
he/she/it has withdrawn
» meer vervoegingen van to withdraw

segregeren, separeren, afscheiden, afzonderen {ww.}
to set apart
to sequestrate
to keep apart
to sequester
to isolate

ik heb afgezonderd
jij hebt afgezonderd
hij/zij/het heeft afgezonderd

I have isolated
you have isolated
he/she/it has isolated
» meer vervoegingen van to isolate