Vertaling van bestijgen

Inhoud:

Nederlands

Engels

klimmen, naar boven gaan, rijzen, stijgen, bestijgen {ww.}

to climb
to arise
to go up
to ascend

wij bestijgen
jullie bestijgen
zij bestijgen

we climb
you climb
they climb
» meer vervoegingen van to climb

Apen klimmen in bomen.

Monkeys climb trees.

Een beer kan in een boom klimmen.

A bear can climb a tree.

begaan, bestijgen, opgaan {ww.}

to board
to walk
to walk upon
to tread

wij bestijgen
jullie bestijgen
zij bestijgen

we board
you board
they board
» meer vervoegingen van to board

beklimmen, beklauteren, bestijgen {ww.}

to climb
to mount
to go up
to climb up

wij bestijgen
jullie bestijgen
zij bestijgen

we climb
you climb
they climb
» meer vervoegingen van to climb

Ik ga de berg Kitadake beklimmen.

I'm going to climb Mt. Kitadake.

Ze begonnen de heuvel te beklimmen.

They began to climb the hill.