Vertaling van stijgen

Inhoud:

Nederlands
Engels
stijgen {ww.}
to arise 
to ascend 

wij stijgen
jullie stijgen
zij stijgen

we arise
you arise
they arise
» meer vervoegingen van to arise

opgaan, opkomen, opstaan, rijzen, stijgen, verrijzen, wassen {ww.}
to get up
to rise 
to go up
to ascend 
to arise 

wij stijgen
jullie stijgen
zij stijgen

we rise
you rise
they rise
» meer vervoegingen van to rise

Ik wilde niet vroeg opstaan.
I didn't want to get up early.
groeien, aangroeien, stijgen, toenemen {ww.}
to grow 
to increase 
to rise 
to augment 

wij stijgen
jullie stijgen
zij stijgen

we grow
you grow
they grow
» meer vervoegingen van to grow

Sinaasappels groeien in warme landen.
Oranges grow in warm countries.
Planten groeien snel na regen.
Plants grow quickly after rain.
oplopen, rijzen, stijgen {ww.}
to increase 
to advance 
to accrue 
to go up
to ascend 

wij stijgen
jullie stijgen
zij stijgen

we increase
you increase
they increase
» meer vervoegingen van to increase

Het smelten van de poolkappen kan bijdragen aan het stijgen van het zeeniveau.
Melting polar icecaps could also contribute to an increase in sea levels.
klimmen, naar boven gaan, rijzen, stijgen, bestijgen {ww.}
to climb 
to arise 
to go up
to ascend 

wij stijgen
jullie stijgen
zij stijgen

we climb
you climb
they climb
» meer vervoegingen van to climb

Apen klimmen in bomen.
Monkeys climb trees.
Een beer kan in een boom klimmen.
A bear can climb a tree.