Vertaling van competent

Inhoud:

Nederlands
Engels
bevoegd, competent, deskundig, vakkundig, zaakkundig {bn.}
able 
competent 
accomplished 
capable 
efficient 
skilled 
competent {bn.}
aware
cognisant
cognizant
kundig, bekwaam, bevoegd, capabel, competent, gespecialiseerd {bn.}
accredited
commissioned
licenced
licensed


Gerelateerd aan competent

bevoegd - deskundig - vakkundig - zaakkundig - kundig - bekwaam - capabel - gespecialiseerdbevoegd - goed