Vertaling van faillissement

Inhoud:

Nederlands
Engels
bankroet [o], failliet [o], faillissement [o], krach {zn.}
failure
bankruptcy
faillissement [o] (het ~), bankbreuk, bankroet [o] (het ~), buiteling, deconfiture, failliet [o] (het ~) {zn.}
bankruptcy


Gerelateerd aan faillissement

bankroet - failliet - krach - bankbreuk - buiteling - deconfitureondergang