Vertaling van pis

Inhoud:

Nederlands
Engels
urine [v], pies, pis {zn.}
piss
urine
een plas doen, piesen, pissen, urineren, plassen {ww.}
to piss
to pee
to urinate 

ik pis

I piss
» meer vervoegingen van to piss

urine [m] (de ~), pies [m] (de ~), pis [m] (de ~), zeik [m] (de ~), plas [m] (de ~) {zn.}
weewee
water
urine
piss
piddle
pee
regenen, majemen, piesen, pissen {ww.}
to rain
to rain down

ik pis

I rain
» meer vervoegingen van to rain

Gaat het morgen regenen?
Will it rain tomorrow?
Het gaat regenen.
It's going to rain.
piesen, pissen, sassen, urineren, wateren, plassen, zeiken {ww.}
to wee
to wee-wee
to take a leak
to urinate
to relieve oneself
to spend a penny
to piss
to puddle
to pee-pee
to piddle
to pee
to pass water
to micturate
to make water
to make

ik pis

I urinate
» meer vervoegingen van to urinate

Ik moet nodig plassen en kan geen wc vinden.
I'm bursting for a wee and I can't find a washroom.


Gerelateerd aan pis

urine - pies - een plas doen - piesen - pissen - urineren - plassen - zeik - plas - regenen - majemen - sassen - wateren - zeikennier - recrement - vallen - afvoeren