Vertaling van tijdvak

Inhoud:

Nederlands
Engels
periode [v], tijdvak {zn.}
term 
period 
tijdperk [o] (het ~), eeuw, era, tijd [m] (de ~), tijdvak [o] (het ~) {zn.}
period
geological period


Gerelateerd aan tijdvak

periode - tijdperk - eeuw - era - tijdperiode