Vertaling van zakken

Inhoud:

Nederlands
Engels
zakken {ww.}
to go down
to descend
to fall
to come down

wij zakken
jullie zakken
zij zakken

we descend
you descend
they descend
» meer vervoegingen van to descend

dalen, lager worden, naar beneden gaan, zakken {ww.}
to sink 

wij zakken
jullie zakken
zij zakken

we sink
you sink
they sink
» meer vervoegingen van to sink

dalen, zakken, verzakken, wegzakken, zinken {ww.}
to sink 
to go down
to drop 
to descend 

wij zakken
jullie zakken
zij zakken

we sink
you sink
they sink
» meer vervoegingen van to sink

zakken, sjezen, buizen, stralen, bakken {ww.}
to bomb
to fail
to flunk
to flush it

wij zakken
jullie zakken
zij zakken

we bomb
you bomb
they bomb
» meer vervoegingen van to bomb

zakken {ww.}
to go down
to descend
to fall
to come down

wij zakken
jullie zakken
zij zakken

we descend
you descend
they descend
» meer vervoegingen van to descend

falen, misgaan, mislukken, sjezen, stralen, stranden, zakken {ww.}
to abort 
to fail 
to miscarry

wij zakken
jullie zakken
zij zakken

we abort
you abort
they abort
» meer vervoegingen van to abort

zak (mv. zakken) [m] {zn.}
pocket 
tas, zak (mv. zakken) {zn.}
bag 
sack 
sac
doos [v], bak [m], etui [o], foedraal [o], koker [m], korf [m], pot [m], zak (mv. zakken), vat [o], kist [v], fles [v], krat [o], emmer, kruik, urn {zn.}
box 
container 
jug
vessel 
bucket
can 
case 
bottle 
crate
jar 
pot 
sack 
chest 
pail 
tin 
urn
lul, hondelul, zak (mv. zakken), klootzak, oetlul, lummel {zn.}
arsehole
bastard
son-of-a-bitch
asshole
douchebag
dickhead
scoundrel
inzakken, afbrokkelen, zakken {ww.}
to fall off
to sink
to slump

wij zakken
jullie zakken
zij zakken

we sink
you sink
they sink
» meer vervoegingen van to sink

zak [m] (de ~) {zn.}
bag
Ik heb één zak gekocht.
I purchased one bag.
Wil je een plastieken zak of een papieren zak?
Would you like a plastic bag or a paper bag?
krop [m] (de ~), zak [m] (de ~) {zn.}
crop
craw
biljartzak, hoekzak, zak [m] (de ~) {zn.}
side pocket
balzak [m] (de ~), scrotum [o] (het ~), zak [m] (de ~) {zn.}
scrotum
zak [m] (de ~) {zn.}
pocket
buidel [m] (de ~), draagzak, beurs [m] (de ~), zak [m] (de ~) {zn.}
pocket
pouch
portemonnee [m] (de ~), geldbuidel [m] (de ~), geldtas, geldzak, portemonnaie, beurs [m] (de ~), zak [m] (de ~) {zn.}
purse
naarling [m] (de ~), beroerling, ellendeling [m] (de ~), etterbak, etterbuil, fielt, fluim, gemenerik [m] (de ~), hond [m] (de ~), hondenlul [m] (de ~), kelerelijder, kelerelijer, klerelijer [m] (de ~), kloot [m] (de ~), kloothommel, klootspiraal, klootzak [m] (de ~), kwal [m] (de ~), lamgat, lammeling [m] (de ~), lamstraal, lamzak [m] (de ~), lazersteen, lazerstraal, loeder [m] (de/het ~), lul [m] (de ~), lulhannes, lulletje, miesgasser, mispunt [m] (het ~), onverlaat [m] (de ~), paardelul, paardenlul, patjakker, pleurislijder [m] (de ~), ploert [m] (de ~), plurk, pokkenlijer, pokkenvent, pooier, rasploert, rotzak [m] (de ~), schoelje [m] (het ~), schoft [m] (de ~), serpent [m] (de/het ~), smeerlap [m] (de ~), stinker, teringlijder, tyfuslijer, vuilak [m] (de ~), zakkenwasser [m] (de ~), zwijn [m] (het ~), zak [m] (de ~), hondelul, etter [m] (de ~), lelijkerd [m] (de ~), smiecht [m] (de ~), pokkenlijder [m] (de ~), sekreet [o] (het ~), stinkerd [m] (de ~) {zn.}
asshole
bastard
cocksucker
dickhead
mother fucker
motherfucker
prick
shit
sob
son of a bitch
whoreson

Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Ik wil niet zakken voor mijn examens.

I don't want to fail my exams.

We stopten het fruit en de groenten in zakken.

We bagged the fruits and vegetables.

Kan je de prijs een beetje laten zakken?

Could you reduce the price a little?

De oude man belaadde zijn muildier met zakken zand.

The old man loaded his mule with bags full of sand.