Vertaling van bevallen

Inhoud:

Nederlands
Spaans
bevallen {ww.}
dar a luz
parir

wij bevallen
jullie bevallen
zij bevallen

nosotros parimos
vosotros parís
ellos/ellas paren
» meer vervoegingen van parir

baren, bevallen, het leven schenken, teweegbrengen, voortbrengen {ww.}
parir
engendrar
dar a luz

wij bevallen
jullie bevallen
zij bevallen

nosotros parimos
vosotros parís
ellos/ellas paren
» meer vervoegingen van parir

aanstaan, behagen, bevallen, zinnen {ww.}
gustar
agradar

wij bevallen
jullie bevallen
zij bevallen

nosotros gustamos
vosotros gustáis
ellos/ellas gustan
» meer vervoegingen van gustar



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Ik hoop dat het u zal bevallen.

Espero que te guste.

Afgelopen week is ze bevallen van een mooie dochter.

La semana pasada dio a luz a una hija preciosa.


Gerelateerd aan bevallen

baren - het leven schenken - teweegbrengen - voortbrengen - aanstaan - behagen - zinnen