Vertaling van geniet
Inhoud:
Nederlands
Spaans
genieten, krijgen, ontvangen, toucheren {ww.}
recibir
obtener
obtener
ik geniet
jij geniet
hij/zij/het geniet
yo recibo
tú recibes
él/ella recibe
» meer vervoegingen van recibir
Ik heb zojuist uw brief ontvangen.
Acabo de recibir tu carta.
Je hoeft alleen maar op het knopje te drukken om een kaartje te krijgen.
Solo tienes que apretar el botón para obtener un pasaje.
blij zijn, genieten van, zich verblijden, zich verheugen, genieten {ww.}
regocijarse
genieten, genieten van, zich verheugen in, zich verlustigen in {ww.}
gozar
ik geniet
jij geniet
hij/zij/het geniet
yo gozo
tú gozas
él/ella goza
» meer vervoegingen van gozar
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Waar ze ook leeft, ze geniet altijd van haar omgeving.
Donde sea que viva, ella siempre disfruta de sus alrededores.
"Juist," zuchtte Dima. "Sorry voor de verwarring dan. Geniet van je Fanta en prettige dag."
—Entiendo... —Dima suspiró— Entonces, lamento la confusión. Disfruta de tu Fanta y que tengas un buen día.