Vertaling van hunkeren

Inhoud:

Nederlands
Spaans
hunkeren, reikhalzen, verlangen, smachten, zuchten, zuchten naar {ww.}
anhelar
añorar
suspirar

wij hunkeren
jullie hunkeren
zij hunkeren

nosotros anhelamos
vosotros anheláis
ellos/ellas anhelan
» meer vervoegingen van anhelar

haken naar, hunkeren, smachten, smachten naar, snakken naar {ww.}
desear

wij hunkeren
jullie hunkeren
zij hunkeren

nosotros deseamos
vosotros deseáis
ellos/ellas desean
» meer vervoegingen van desear



Gerelateerd aan hunkeren

reikhalzen - verlangen - smachten - zuchten - zuchten naar - haken naar - smachten naar - snakken naar