Vertaling van heeft

Inhoud:

Nederlands
Frans
hebben, erop nahouden {ww.}
avoir 

hij/zij/het heeft

il/elle a
» meer vervoegingen van avoir

Hij beweerde het ongeval gezien te hebben.
Il affirma avoir vu l'accident.
Ik zou graag een kat hebben.
Je voudrais avoir un chat.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Hij heeft misschien gelogen.

Peut-être a-t-il menti.

Hij heeft een hond.

Il a un chien.

Zij heeft veel geld.

Elle a beaucoup d'argent.

Hij heeft drie dochters.

Il a trois filles.

Heeft hij opnieuw gefaald?

A-t-il échoué à nouveau ?

Een vogel heeft vleugels.

Un oiseau a des ailes.

Hij heeft twaalf zoons.

Il a douze fils.

Hij heeft twee zussen.

Il a deux sœurs.

Natuurlijk, hij heeft gelijk.

Bien sûr qu'il a raison.

Maria heeft lang haar.

Maria a de longs cheveux.

Ze heeft me gedumpt.

Elle m'a laissé tomber.

Ken heeft twee katten.

Ken a deux chats.

De man heeft gelijk.

Le type a raison.

Ana heeft veel bewonderaars.

Anne compte de nombreux admirateurs.

Hij heeft alles opgegeten.

Il a tout mangé.


Gerelateerd aan heeft

hebben - erop nahouden