Vertaling van slepen

Inhoud:

Nederlands
Frans
boegseren, slepen, trekken, voorttrekken {ww.}
traîner 

wij slepen
jullie slepen
zij slepen

nous traînons
vous traînez
ils/elles traînent
» meer vervoegingen van traîner

aanzetten, slijpen, scherpen, wetten {ww.}
aiguiser 
afluter
affiler

wij slepen
jullie slepen
zij slepen

nous aiguisions
vous aiguisiez
ils/elles aiguisaient
» meer vervoegingen van aiguiser

Mag ik mijn potlood scherpen?
Puis-je aiguiser mon crayon ?
slijpen {ww.}
tailler 

wij slepen
jullie slepen
zij slepen

nous taillions
vous tailliez
ils/elles taillaient
» meer vervoegingen van tailler



Gerelateerd aan slepen

boegseren - trekken - voorttrekken - aanzetten - slijpen - scherpen - wetten