Vertaling van weder

Inhoud:

Nederlands
Frans
weder [o], weer [o], weersomstandigheden {zn.}
temps  [m] (le ~)
Hoe is het weer?
Quel temps fait-il ?
Hoe is het weer?
Quel temps fait-il ?
nogmaals, van voren af aan, weder, wederom, weer, alweer {bw.}
de nouveau 
encore 
nogmaals, opnieuw, van voren af aan, wederom, weer, alweer, weder {bw.}
de nouveau 
encore 
terugkeren, terugkomen, wederkeren, wederkomen, weeromkomen {ww.}
revenir 

ik keer weder
jij keert weder

je reviens
tu reviens
» meer vervoegingen van revenir

Ik zou graag dit dorp verlaten en nooit meer terugkeren.
Je voudrais quitter cette ville et ne jamais revenir.