Vertaling van zorg

Inhoud:

Nederlands
Frans
beduchtheid [v], ongerustheid [v], zorg {zn.}
souci  [m] (le ~)
inquiétude  [v] (l' ~)
bekommernis [v], zorgvuldigheid [v], kommer, zorg {zn.}
soin  [m] (le ~)
souci  [m] (le ~)
Zorg goed voor jezelf.
Prenez soin de vous.
Ik bewaar oude boeken met zorg.
Je garde les livres anciens avec soin.
bezorgd zijn, zich bekommeren, zorg dragen, zorgen {ww.}
veiller à 
se soucier de 
s'occuper 
avoir soin de


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Zorg goed voor jezelf.

Prenez soin de vous.

Ik bewaar oude boeken met zorg.

Je garde les livres anciens avec soin.

Zorg ervoor dat ik het niet nog eens moet doen.

Ne me fais pas le refaire !