Vertaling van at
Inhoud:
Nederlands
Italiaans
bikken, gebruiken, eten, vreten, nuttigen {ww.}
mangiare
ik at
jij at
hij/zij/het at
io mangiavo
tu mangiavi
lui/lei/Lei mangiava
» meer vervoegingen van mangiare
Wil je iets eten?
Vorrebbe mangiare qualcosa?
Wanneer kunnen we eten?
Quando possiamo mangiare?
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Italiaans
Ik at kaviaar.
Ho mangiato del caviale.
Tom at alleen.
Tom ha mangiato per conto suo.