Vertaling van gedaan
ponere
ik heb gedaan
jij hebt gedaan
hij/zij/het heeft gedaan
io ho messo
tu hai messo
lui/lei/Lei ha messo
» meer vervoegingen van mettere
ik heb gedaan
jij hebt gedaan
hij/zij/het heeft gedaan
io ho agito
tu hai agito
lui/lei/Lei ha agito
» meer vervoegingen van agire
ik heb gedaan
jij hebt gedaan
hij/zij/het heeft gedaan
io ho agito
tu hai agito
lui/lei/Lei ha agito
» meer vervoegingen van agire
commettere
ik heb gedaan
jij hebt gedaan
hij/zij/het heeft gedaan
io ho fatto
tu hai fatto
lui/lei/Lei ha fatto
» meer vervoegingen van fare
ik heb gedaan
jij hebt gedaan
hij/zij/het heeft gedaan
io ho agito
tu hai agito
lui/lei/Lei ha agito
» meer vervoegingen van agire
Voorbeelden in zinsverband
"Bedankt." "Graag gedaan."
"Grazie." "Non c'è di che."
Hij heeft het zelf gedaan.
Lo fece da solo.
Graag gedaan!
Prego!
Graag gedaan!
Non c'è di che
Wat heb je met mijn handtas gedaan?
Cos'avete fatto con la mia borsa?
Ik heb dat niet met opzet gedaan.
Non l'ho fatto apposta.
Wat hebt ge gedaan deze week?
Cos'avete fatto questa settimana?
Zeg mij wat ge in Shounan gedaan hebt.
Mi dica cos'ha fatto a Shounan.
Ik ben niet tevreden met wat ge gedaan hebt.
Non sono contento di quello che hai fatto.
Ik zal komen wanneer ik mijn huiswerk gedaan heb.
Verrò quando avrò finito i miei compiti.
Waarom heb je spijt van iets dat je niet gedaan hebt?
Perché sei dispiaciuto per qualcosa che non hai fatto?
Ge hebt haar gezegd dat gij het werk al drie dagen geleden gedaan hadt.
Le hai detto che hai finito il lavoro tre giorni prima.
Iederen weet dat zij alles gedaan heeft wat ze kon voor haar kinderen.
Tutto sanno che lei ha fatto tutto ciò che poteva per i suoi bambini.