Vertaling van mannen
Inhoud:
Nederlands
Italiaans
echtgenoot , man (mv. mannen) , gemaal {zn.}
marito
sposo
sposo
Ze haatte haar echtgenoot.
Odiava suo marito.
Geef me mijn man terug!
Ridammi mio marito!
man (mv. mannen) , manspersoon , vent , kerel, manmens, gozer, gast {zn.}
uomo
Zoek een leven, man.
Fatti una vita, uomo.
Hij is een dappere man.
È un uomo coraggioso.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Italiaans
Ik zag 5 mannen.
Io vidi cinque uomini.
We zijn mannen.
Siamo uomini.
Oude mannen zijn vergeetachtig.
Gli anziani tendono a dimenticare.
Niet alle mannen zijn wijs.
Non tutti gli uomini sono saggi.
Italiaanse mannen helpen nooit in huis.
Gli uomini italiani non aiutano mai in casa.
Je zou niet om moeten gaan met zulke mannen.
Non dovresti frequentarti con uomini del genere.
Over het algemeen lopen mannen sneller dan vrouwen.
In generale gli uomini corrono più velocemente delle donne.
Dima sliep met 25 mannen in één nacht en bracht ze daarna om het leven.
Dima ha dormito con 25 uomini in una notte e poi li ha uccisi.
Het zou beter zijn als je niet met zulke mannen om zou gaan.
Sarebbe meglio se non ti frequentassi con uomini del genere.