Vertaling van afrekening

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
afrekening [v], afdoening [v] {zn.}
afrekening [v]
afdoening [v] {zn.}
De bank verstrekt een jaarlijkse afrekening.
De bank verstrekt een jaarlijkse afrekening.
De definitieve afrekening vindt plaats bij de notaris.
De definitieve afrekening vindt plaats bij de notaris.
afrekening [v] (de ~) {zn.}
afrekening [v] (de ~) {zn.}
afrekening [v] (de ~) {zn.}
afrekening [v] (de ~) {zn.}


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

De bank verstrekt een jaarlijkse afrekening.

De bank verstrekt een jaarlijkse afrekening.

De definitieve afrekening vindt plaats bij de notaris.

De definitieve afrekening vindt plaats bij de notaris.


Gerelateerd aan afrekening

afdoeningbewijs - betaling